Schijnvertoning

Naast de luide feestmuziek van prunus, camellia, narcis en forsythia is er in maart zeker plaats voor planten die de lente wat bescheidener inluiden. Ook voor de fijnbesnaarden onder ons is er keus genoeg. Een leuke vroegbloeiende struik is de Corylopsis, de schijnhazelaar. De naam schijnhazelaar is wat misleidend, want de schijnhazelaar heeft evenveel met een hazelaar te maken als een tulpenboom met een tulp. Schijnhazelaars zijn verre familie van de toverhazelaar, die overigens al evenmin iets met de echte hazelaar van doen heeft.

Corylopsis pauciflora

Schijnhazelaars heb je in soorten en maten. Drie daarvan zijn algemeen verkrijgbaar. De grootste is Corylopsis wilmottiae, inheems in China. Deze struik, die als alle schijnhazelaars, sterk vertakt is, wordt ongeveer 4 m hoog en minstens 2 m breed. De strogele bloemen hangen in lange trossen aan de takken die tijdens de bloei nog kaal zijn. Wie deze struik zou willen planten, kan maar beter meteen kiezen voor de mooiste variëteit. Dat is ‘Spring Purple’, een vorm die tegen het einde van de bloei uitloopt met donkerrood jong blad.

Beduidend lager – zo’n meter of twee – blijft Corylopsis spicata, een soort uit Japan. Deze struik wordt ongeveer even breed als hoog en is te herkennen aan zijn zigzag groeiende takken. De bladeren zijn aan de onderkant berijpt, alsof het heeft gedauwd. De bloemen, die als belletjes in trossen afhangen zijn geelgroen, met uitstekende rode meeldraden.

De prinses van het gezelschap is Corylopsis pauciflora. Als ik maar één struik voor mijn tuin zou mogen kiezen zou het deze zijn. Corylopsis pauciflora, ook uit Japan, bloeit als eerste van het stel. De bloemtrosjes zijn licht primulageel. Het struikje wordt nauwelijks anderhalve meter hoog en doet daar wel een paar generaties over. Door zijn formaat is het bij uitstek geschikt voor kleine tuinen. Houd wel in de gaten dat het minstens even breed wordt als hoog. Geef het de ruimte.

Je zou Corylopsis pauciflora kunnen combineren met de tegelijk bloeiende Rhododendron ‘Praecox’, maar persoonlijk vind ik lichtgeel met paars weinig subtiel. Ik zou het struikje liever zien met een onderbeplanting van kleine bolgewassen, zoals lichtblauwe sneeuwroem of Pushkinia libanotica – grijsblauwe bloemen met een ragfijn donkerder streepje in het bloemblad. Of misschien met de donkergele Gulden sleutelbloem. Ook het Maarts viooltje is een leuke kandidaat.

Schijnhazelaars zijn niet kieskeurig wat standplaats betreft. Ze verdragen lichte schaduw, maar doen het ook goed in de zon mits de grond niet te droog is. Bladaarde is ideaal. Zware schaduw wordt wel verdragen, maar de struiken groeien dan spichtig en bloeien slecht.

De kleine Corylopsis pauciflora is ook geschikt voor wie geen tuin heeft, maar alleen een balkon. Kies een grote kuip, bijvoorbeeld de grootste maat metselkuip en maak een paar flinke gaten in de bodem. Ga van tevoren wel na of het balkon de last kan dragen. Want je moet er toch niet aan denken: voorbijganger getroffen door neerstortende schijnhazelaar.